

1.Volwaardige bevoegdheid
Dierenwelzijn moet worden erkend als een aparte en volwaardige bevoegdheid op lokaal niveau.
Dit betekent dat de schepen voor Dierenwelzijn niet enkel de titel draagt, maar ook concrete acties dient te ondernemen voor een verbetering van het dierenwelzijn. Opdat de status van het dierenwelzijn in de stad of gemeente in kwestie beoordeeld kan worden, dient er een gemeentelijk dierenwelzijnsbeleid opgesteld te worden. Tegelijkertijd moet er een communicatie- en bewustmakingsplan worden opgesteld, dat de burgers permanent voorziet van de nodige informatie. Daarnaast dient er een correct budget te worden toegewezen aan dierenwelzijn.
Om een coherent en doeltreffend beleid te verzekeren, moet dit beleidsplan een aantal essentiële punten bevatten, waaronder:
- Budgetanalyse van de lopende projecten en raming van het totaalbudget voor dierenwelzijn;
- Evaluatie van de bestaande maatregelen en initiatieven en aanpassing hiervan indien nodig;
- Inplannen van mogelijke nieuwe initiatieven gebaseerd op de vastgestelde noden;
- Opstellen van een overzicht van de samenwerking met verschillende actoren zoals opvangcentra voor dieren, politiezones, Leefmilieu Brussel, OCMW enz.;
Opstellen van een communicatie- en bewustmakingsplan voor lokale initiatieven met het oog op een bevordering van het dierenwelzijn.

2.Medewerker Dierenwelzijn
Naast de verantwoordelijke schepen of burgemeester dient er een medewerker aangesteld te worden, die zich op dierenwelzijn toelegt en die vertrouwd is met het beleid, de wetgeving en de procedures die verband houden met dierenverwaarlozing en -mishandeling.
Deze medewerker is verantwoordelijk voor het centraliseren van gegevens en fungeert als gemeentelijk aanspreekpunt voor burgers, politie, opvangcentra en dierenrechtenorganisaties alsook voor de gewestelijke afdeling voor Dierenwelzijn. De ambtenaar in kwestie speelt een actieve rol bij de uitvoering van politieke besluitvorming met betrekking tot dierenwelzijn en bij het informeren binnen de eigen stad of gemeente. De daad bij het woord voegen, dat kan immers enkel met de nodige middelen en daadkracht.



3.Dierenpolitie
Om de handhaving van de wetgeving met betrekking tot dierenwelzijn te kunnen verzekeren, is er in elke stad of gemeente een gespecialiseerde politie-eenheid of minimaal één politiefunctionaris voor dierenwelzijn nodig. De voor dierenwelzijn bevoegde eenheid of persoon is een belangrijk contactpunt binnen het politiecorps en is bekend met de wetgeving rond dierenwelzijn. Daarnaast is de dierenpolitie ook bekend met de geldende procedures en maatregelen in geval van dierenmishandeling of -verwaarlozing en moet deze in nauw contact staan en regelmatig informatie uitwisselen met alle andere actoren op lokaal niveau.
Communicatie is essentieel voor de effectieve bestrijding van verwaarlozing en misbruik.
Ook wijkagenten spelen hierin een grote rol, vooral dan op het vlak van preventie en voor het signaleren van potentiële probleemsituaties. We vragen dan ook dat er in het kader van deze opdrachten specifieke protocollen worden uitgewerkt en geïmplementeerd. Zo zou de aanwezigheid en de toestand van dieren alsook het al dan niet naleven van de geldende wetgeving met betrekking tot het houden van dieren systematisch kunnen worden nagegaan bij huisbezoeken.

4.Sensibiliseren
Om zeker te zijn dat er in de toekomst respectvoller wordt omgegaan met dieren, is een algemene bewustmaking van groot belang. Omdat ze zo dicht bij de lokale bevolking staan, spelen lokale besturen dan ook een cruciale rol in de bevordering van de integratie en de respectvolle behandeling van dieren.
Bewustmaking van de burger met evenementen en bewustmakingscampagnes rond belangrijke thema’s zoals de verplichte sterilisatie van katten, de plichten van al wie huisdieren houdt, de adoptie van dieren via asielen enz.
Bewustmaking van kinderen met educatieve activiteiten, die een respectvolle en verantwoordelijke omgang met dieren aanmoedigen. Hierbij dienen de behoeften van dieren te primeren op de wensen en het plezier van kinderen. Dit houdt ook in dat er geen dieren meer worden gehouden in klaslokalen (hamsters, schildpadden, vissen enz.), dat uitstapjes naar dierentuinen of kinderboerderijen vervangen worden door een bezoek aan een opvangcentrum of dierenasiel of door andere activiteiten, waar geen dieren aan te pas komen.
De ontwikkeling van meer plekken, waar honden welkom zijn. Dit kan bijvoorbeeld door handelaars te voorzien van een label, dat aangeeft dat honden welkom zijn in hun zaak. Daarnaast vragen we dat er meer aandacht gaat naar de ontwikkeling van aangepaste losloopzones, waar honden zonder leiband kunnen rondlopen.



5.Plantaardig aanbod
De schepen voor Dierenwelzijn zorgt ervoor dat de ontwikkeling van het plantaardig aanbod in de stad/gemeente erop vooruitgaat. Dit betekent dat er op door de stad of gemeente georganiseerde evenementen een plantaardig aanbod beschikbaar is, zodat deelnemers makkelijk kunnen kiezen voor een gezonde en diervriendelijke optie.
Als onderdeel van dit beleid dient er ook een kwaliteitsvol plantaardig alternatief worden aangeboden in school-, buurten OCMW-kantines.

6.Zwerfkatten
In de strijd tegen de overpopulatie van katten en het daaruit voortvloeiende dierenleed is het van cruciaal belang dat lokale besturen een hands-on beleid voeren voor het beheer en de sterilisatie van zwerfkatten. Elke stad of gemeente die is begaan met dierenwelzijn moet beschikken over een uitgebreid beheersplan, waarin de volgende elementen niet mogen ontbreken:
De systematische sterilisatie van zwerfkatten en de monitoring van hun gezondheidstoestand bij terugkeer naar hun territorium;
Het bevorderen van de sterilisatie van huiskatten door middel van bewustmakingscampagnes of financiële tegemoetkoming;
Organisatie van een gecontroleerd voerprogramma om zo te verzekeren dat zwerfkatten voldoende kwalitatief voedsel krijgen en voedselconcurrentie te voorkomen;
Het opzetten en onderhouden van schuilplaatsen (hokjes) voor zwerfkatten, zodat deze over een veilig en beschermd toevluchtsoord beschikken.



7.Een ethisch beheer van dieren-populaties
Het beheer van dierenpopulaties op openbare plaatsen en/of in het wild vormt een grote uitdaging voor de meeste steden en gemeenten. Daarbij wordt het welzijn van de dieren, waaronder duiven en knaagdieren, vaak verwaarloosd of zelfs compleet genegeerd.
Een stad of gemeente, die begaan is met het welzijn van alle dieren, zal een progressieve aanpak hanteren voor het beheer van duivenpopulaties en de voorkeur geven aan de invoering van graanverdelers met anticonceptiemiddelen of gebruik maken van contraceptieve duiventillen en daarnaast ook een gecontroleerd voerprogramma op poten zetten.
Tegelijkertijd moeten er preventieve maatregelen worden genomen en bewustmakingscampagnes worden opgezet om te vermijden dat bepaald gedrag van burgers (zoals slecht afvalbeheer en sluikstorten) bijdraagt aan de toename van knaagdieren en duiven.

8.Tentoonstelling en gebruik van dieren voor amusement
In geen geval mogen dieren worden gehouden op plaatsen, waar niet aan hun ethologische en fysieke noden kan worden voldaan.
GAIA roept de lokale besturen dan ook op om alle commerciële en recreatieve activiteiten, waarbij dieren worden tentoongesteld en geëxploiteerd, niet toe te laten. Deze activiteiten ondermijnen het dierenwelzijn en leiden vaak tot impulsaankopen. De volgende activiteiten zouden best niet meer worden toegelaten:
Circussen met dieren;
Folkloristische activiteiten waarbij dieren betrokken zijn;
Roofvogelshows;
Hanenkraaiwedstrijden / hanenzettingen;
- enz.



9.Vuurwerk
Hoewel sommige mensen zich helemaal kunnen laten betoveren door vuurwerk, veroorzaken de plotselinge en luide knallen enorme angst en stress bij dieren. Elk jaar leidt dit tot tragische incidenten waarbij dieren weglopen, gewond raken of zelfs sterven.
We roepen daarom lokale besturen op om het goede voorbeeld te geven en geen vuurwerkshows te organiseren. Er zijn namelijk alternatieven zoals geluids- en lichtshows, drone-spektakels, of “geluidsarm” vuurwerk.

10.Thuisslachtingen
GAIA vraagt de Brusselse autoriteiten om een strikte controle uit te voeren op thuisslachtingen. Dit is immers verboden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Bij overtreding van deze regelgeving moet onverwijld en systematisch een proces-verbaal worden opgesteld. Er moet hiertegen worden opgetreden om een einde te maken aan deze praktijken.
